Philips 3301 Radiodistributie versterker

Deze Philips abonneeversterker type 3301 is ontworpen voor gebruik bij een radiodistributie luidspreker. Op de versterkerkap staat de afkorting "GRD" wat staat voor Gemeentelijke Radio Distributie. 


Een niet-gereviseerde Philips 3301 zonder GRD logo

Deze versterker werd gebruikt in gebieden waar de draadomroep niet erg verspreid is. Door de PTT werden hier per woning 4 normale telefoondraden beschikbaar gesteld. Vanwege het risico op overspraak was het signaal op laag niveau, 0,5 Volt. Deze versterker brengt een en ander op het normale niveau van 42 Volt-0,3 Watt. Na 1958 stapte men hiervoor over op een fantoomschakeling met 2 dubbeldraden met hoog signaalniveau waardoor dergelijke versterkers niet meer nodig waren.

Er zitten 2 draaiknoppen op dit apparaat, met de bovenste kan een van de 4 radio programma's worden gekozen, de onderste knop is voor de geluidssterkte. De 2 aansluitklemmen dienen voor het aansluiten van de luidspreker.

Een van de voor-oorlogse gebruikers van deze versterkers was de Gemeentelijke Telefoon Dienst van Rotterdam. Deze versterker is afkomstig uit Noord-Friesland en is door de PTT in de jaren '50 gereviseerd. Onder andere de bedrading (oorspronkelijk van rubber), de weerstanden en de afvlakcondensatoren zijn hierbij vervangen. Opmerkelijk is dat de GRDVII gelijkrichter nog origineel is.

 


A.L. Bauling

De Radio Distributie is de voorloper van het Centraal Antenne Systeem (CAI). Het begint allemaal in Nederland, in 1924, wanneer de scholier Adriaan Bauling uit Koog aan de Zaan de eerste Radiocentrale installeert. Aanvankelijk wordt gewerkt met koptelefoons,  maar in 1925 worden deze al vervangen door luidsprekers. Er ontstaat een landelijk netwerk van Radiocentrales, waarbinnen gebruik wordt gemaakt van PTT lijnverbindingen. Maar ook van radio-ontvangers, die de signalen van Hilversum op 301 meter en die van Huizen op 1875 meter ontvangen en doorgeven. Een aantal gemeentes (Den Bosch, Amsterdam, Rotterdam) kiest na 1927 voor het aanleggen van een eigen Gemeentelijke Radiocentrale. In 1938 zijn in Nederland ruim 360.000 abonnees aangesloten, via 800 Radiocentrales.

Begin 1940 gaan alle particuliere centrales verplicht over naar de PTT organisatie. Na de oorlog wordt de "Draadomroep" geintroduceerd, omdat het woord "distributie" een negatieve klank (van schaarste) heeft gekregen. Het muzieknet wordt door de PTT technisch verbeterd, 40-10.000 Hz storingsvrij. In de versterkercentrales wordt het signaalniveau van 0,5 Volt naar 42 Volt gebracht. In de huiskamer is per aansluiting een vermogen van 300 mWatt over 6000 ohm beschikbaar, men heeft via een programmakiezer de keuze uit 4 programma's.
In 1969 wordt de Casema opgericht voor televisie toepassingen, in 1975 verdwijnt de laatste radiocentrale
.

 


De ontwikkeling van de Radiodistributie in Nederland.
De getallen voor radiotoestellen zijn gebaseerd op aantallen geregistreerde toestellen, de werkelijke aantallen zijn hoger omdat sommige toestelbezitters de luisterbijdrage ontdoken


PTT aansluitkabel met 4 telefoondraden

SPECIFICATIES EN GEGEVENS

Merknaam

Philips' Gloeilampenfabrieken NV, Eindhoven

Land van herkomst Nederland
Eigennaam onbekend
Type 3301
Serienummer onbekend
Bouwjaar 1938
Toepassing Radiodistributie versterker
Aantal buizen 2
Type lampen Philips GRDVI, GRDVII
Voedingsspanning
220 wisselspanning, 50 Hz
open trafozekering
Chassis
metaal
uitgang 42 Volt
frequentiebereik 40-10.000 Hz
Frontplaat witte melamine met zwarte belettering
Behuizing
zwartgelakte metalen bodemplaat
getrokken metalen kap, beige gemoffeld
geperforeerd gedeelte voor de buizen
verzegeling van de behuizing mogelijk
Afmetingen bxhxd 30x16x10 cm
Gewicht 12,5 kg
Verkoopprijs onbekend
Geschatte waarde ? 10
Productieperiode 1936-1940
Seriegrootte onbekend
Bijzonderheden t.b.v. radiodistributie


Van links naar rechts de voedingstrafo, smoorspoel (1300 ohm, 2x8 uF), daarachter de uitgangstrafo (sec 2-3 Kohm), dan de gelijkrichter, versterker en kanaalschakelaar met aansluitbord. De trafo's hebben een afscherming van koperfolie


In de oorspronkelijke situatie is geheel links het condensatorblok zichtbaar. Let ook op de oorspronkelijke rubberen bedrading. Foto Maurice Hamm