Deze Franse glijspoelontvanger is
uitgevoerd in mahonie, eboniet en messing.
Dergelijke toestellen werden vanaf mei 1910
gebruikt om de tijdseinen te ontvangen die vanaf de
Eiffeltoren in Parijs werden uitgezonden. Vanaf 1911 was er tevens
een weerberichtendienst vanaf de Eiffeltoren.
|
|
Van links naar rechts de telefooncondensator, de
aansluitpunten voor de telefoon en de kristaldetector
|
|
Het oorspronkelijke zendstation in Parijs zond
uit op 2200 meter, en was gemoduleerd met 24 Hz, een dof roffelend geluid.
Het ging om telegrafie, dus codering van geschreven berichten d.m.v. Morse
codes.
De grondplaat en zijplaten zijn gemaakt van massief mahonie, met links
een haakje om het telefoonkapsel op te hangen. De glijkontakten zijn elk op vierkant
messingprofiel geplaatst. De kristaldetector is rechtstreeks op
een plaatje eboniet vastgezet en voorzien van een galeniet kristal.
De spoel is gewikkeld op een kartonnen
koker (9,7x21,5 cm) en bevat 320 windingen koperdraad. De draadisolatie is
schellak, de zelfinductie 4,5 mH. Met een 25 meter lange draadantenne en
de antenneschuif geheel naar rechts wordt de golflengte van 2200 meter
ruim gehaald.
De Béthenod zendinstallatie in Parijs in 1911. De
aandrijfmotor is gemerkt M, de generator A. Het vermogen is 22 kWatt
|
|
Aan de rechterzijkant zitten
aansluitingen voor Antenne en Aarde. De hoofdtelefoon wordt aangesloten op
de twee schroefkontakten op het ebonieten plaatje.
Deze ontvanger is schoongemaakt in 2009, bij deze
gelegenheid is de detector van een nieuw kristal voorzien en is een deuk
in de spoel weggewerkt.
De Radio PP (Photo-Plait?) glijspoelontvanger van JC Jardine
Kristaldetector
Begin jaren '20 waren in Frankrijk onderdelen voor ontvangers al
goed verkrijgbaar in de winkel. Hier een pagina uit
een catalogus van Radio Hall te Parijs. De Cuvette, Chercheur, Détecteur
non-monté en het stukje Galène (loodglans) zijn ook goed te herkennen op de foto die
erboven staat
Luisteren naar de Eiffeltoren
SPECIFICATIES EN GEGEVENS
Merknaam |
Radio P.P.
|
Land van herkomst |
Frankrijk |
Eigennaam |
Poste à Galène |
Type |
|
Serienummer |
geen |
Bouwjaar |
1920 |
Toepassing |
communicatie ontvanger |
Golfbereik |
220...2200 m (geldt voor een 25 meter lange antenne) |
Afstemming |
spoel met twee glijkontakten |
Schalen |
geen |
Schakeling |
kristal |
Aantal kringen |
geen, alleen afgestemde antenne |
Middenfrequentie |
n.v.t. |
Antenne |
externe lange draadantenne en aarde |
Aantal lampen |
geen, de detector is uitgerust met een galeniet kristal
(loodglans) |
Type lampen |
n.v.t. |
Gloeispanning |
n.v.t. |
Gloeistroom |
n.v.t. |
Anodespanning |
n.v.t. |
Anodestroom |
n.v.t. |
Chassis |
mahonie grondplaat |
Luidspreker |
geen |
Frontplaat |
zwart ebonieten plaatje, tevens chassis voor de detector |
Behuizing |
| massief mahonie met schroefverbindingen |
| haakje voor het opbergen van het telefoonkapsel |
|
Afmetingen bxhxd |
28x15x19 cm |
Gewicht |
1,2 kg |
Verkoopprijs |
|
Geschatte waarde |
€ |
Productieperiode |
1920-1925 |
Seriegrootte |
onbekend |
Bijzonderheden |
vroege ontvanger |
|
|
|
Het schema van deze glijspoelontvanger is hiernaast afgebeeld (met
dank aan J. Corver). De antenne is gekoppeld met het
bovenste glijkontakt c, terwijl de detector met het
onderste kontakt f is verbonden. Op deze manier kan de
antenne met c worden afgestemd op de zender, terwijl
met kontakt f de demping van de detector op de kring
wordt ingesteld. Het afstemmen van het toestel gebeurt dan ook in deze volgorde.
De telefooncondensator kan zorgdragen voor extra versterking,
mits de waarde is aangepast aan de zelfinductie van het kapsel. In
dit toestel is een condensator toegepast van circa 1000 cm.
De detector is een loodglans kristal waarop een scherpe metalen
punt wordt geplaatst. Hierdoor ontstaat het gelijkrichtend effect. |
|
|
|
|
|