Deze
vroege Belgische kristalontvanger (1924) is eenvoudig uitgevoerd en
ziet er vooral heel charmant uit. Niet in het minst door de tierig
fluitende gele kanarie die de gebruiksaanwijzing aan de binnenkant van de
deksel siert.
Het
toestel is in eerste instantie bedoeld voor ontvangst van de
Brusselse radiozender (Radio Bruxelles). Deze zender startte haar
uizendingen eind 1923, per 1 januari 1924 werd dit Radio Belgique
(508 meter). Zanger Léopold Bracony presenteert de uitzendingen,
KG-amateur Georges de Caluwé is de directeur van Radio Bruxelles.
Ook
buitenlandse Lange Golf zenders (zoals Parijs) kunnen worden
ontvangen via een passende antenne en een extra verlengspoel.
De
bediening is niet al te ingewikkeld, om af te stemmen zit links de
fijnregelknop en rechts de knop voor grofregeling. Het kristal is
draaibaar over 360 graden, de aftaster is vrij instelbaar.
Geheel
links is bergruimte voor een koptelefoon. Tegen een meerprijs kon
een Ténor versterker met twee lampen voor luidsprekerontvangst
worden aangeschaft.
In het Maandschrift Radio van 15 mei 1924
staat een verslagje van een Belgische radioluisteraar met zijn
ervaringen op radiogebied:
"Ik heb mij een klein radiotoestel gekocht met galène-steen (55 frank), daarbij een telefoon van 2000 ohms (20 frank). Ik woon op zeker 60 kilometer van Brussel. Ik heb mij een luchtdraad gemaakt, buiten gespannen, 7 tot 8 meters hoog van 25
meters, daarna twintig meters in V-bijgevoegd, daarna nog een draad van 32 tot 33 meters bijgevoegd. In het begin hoorde ik iets, bij den tweeden draad wat meer, bij den derden draad niets meer. Na afsnijding van eersten en tweeden draad werkte mijn toestelletje betrekkelijk wel.
Om de grote nieuwsgierigheid mijner geburen wat te vermijden, kreeg ik het gedacht een viertal draden op een meter afstand op den zolder te spannen, 8 tot 9 meters boven den grond met eene lengte 12 tot 13 meters, van allen draad ondereen: groven, fijnen, koperdraad, zinkdraad, ijzerdraad, van alles wat, hier aaneen gesoldeerd, daar aaneengewrongen en met dezen draad heb ik den prachtigsten uitslag dien men uitdenken kan.
Ik versta zeer duidelijk tot het laatste woord van den heer Bracony, wanneer hij ’s avonds laat het persnieuws overseint. Na het concert van Brussel, des avonds om 10 ure, hoor ik nog altijd verder, zeer verder spreken of horen zingen of muziek; vanwaar zulks komt is mij onbekend; het komt me toe met dezelfde golflengte als Brussel. Ik meen heel klaar Engelsch te hebben hooren spreken. Zou dat mogelijk zijn ? Van Parijs hoor ik niets."